Ludwig van Beethoven – Schotse, Ierse en Welshe melodieën, voor tenor en piano trio
12 Ierse liederen, WoO 154: nr. 4 De polsslag van een Ier
12 Ierse liederen, WoO 154: nr. 5, Oh! Who, my dear Dermot
7 Britse liederen, WoO 158b: nr. 6, O Mary, Ye’s be clad in silk
26 Welshe liederen, WoO 155: nr. 25 De afscheidskus
25 Schotse liederen, op. 108 nr. 8, Het mooie meisje van Inverness
25 Ierse liederen, WoO 152: nr. 1 De terugkeer naar Ulster
25 Ierse liederen, WoO 152: nr. 8 Kom trekken we rond een vrolijke ring
25 Schotse liederen, op. 108 nr. 2 Zonsondergang
Mark Padmore (zang), Tim Crawford (viool), MartijnVink (cello), Alasdair Beatson (piano)
Johannes Brahms – Strijkkwintet nr. 2 in G, op. 111
Katharine Gowers, Alice Van Leuven (viool), Lilli Maijalla, Florent Bremond (altviool), Amy Norrington (cello)
Beethoven, bekend om ‘serieuze’ muziek zoals zijn symfonieën, sonates en strijkkwartetten, had een verrassende andere kant! In 1806 schreef de muziekuitgever uit Edinburgh, George Thomson, een brief aan Beethoven (die in Wenen woonde) en vroeg hem of hij wat arrangementen wilde maken van Schotse volksliedjes. In de daaropvolgende tien jaar componeerde Beethoven niet minder dan 179 (!) volksliedarrangementen voor Thomson en er is overvloedig bewijs dat de componist plezier had in het uitvoeren van dit werk. De melodieën die Thomson stuurde waren onder andere Schottische, Welshe en Ierse liederen. Deze ochtend wanen we ons met goede vriend Ludwig in een Ierse pub!
Brahms’ Strijkkwintet nr. 2 Op 111 is een adembenemend stuk, bijna orkestraal van opzet, met het effect van veel meer dan vijf instrumenten. De zwevende, optimistische opening is een van de grote momenten in de kamermuziek: de hoge strijkers, verrijkt met een tweede altviool, glinsteren en pulseren, terwijl de cello een melodie laat horendol duiken en sprongen. Deze sfeer van opwinding houdt het hele stuk aan, met prachtige, lyrische melodieën en speelse interacties tussen de instrumenten. Een stuk dat het leven in al haar schoonheid lijkt te omarmen!